Ik wrijf in mijn ogen en grijp naar mijn telefoon. Wanneer ik mijn wekker uitzet, zie ik dat het 07.00 uur is. Dit moet wel een zondag zijn, op die dag begint namelijk de nieuwe werkweek en moeten we al vroeg bij de skischool zijn. Ik rek me uit en stap uit bed. Na een snelle douche trek ik mijn kleding aan en loop ik naar de gemeenschappelijke keuken. Mijn huisgenoten die al zitten te ontbijten begroeten me en beginnen meteen over de
weersvoorspelling: ‘Kaiserwetter”. Met een glimlach pak ik mijn Yoghurt en ga ik bij ze aan tafel zitten.
Om 07.40 uur hoor ik de bel in de gang afgaan, het teken dat de taxi’s voor de deur staan en het tijd is om te gaan. In ons huis wonen we met 20 leraren, we slapen met z’n tweeën op een kamer en delen de badkamers en keuken met z'n alle. In de hal hangt een grote bel die maar al te vaak gebruikt wordt en eigenlijk alleen op de vroege zondagochtend een echte functie heeft: op tijd komen. Skilerarenpak aan, telefoon in mijn zak, Gummiberen mee: ik heb alles wat ik nodig heb en stap de taxi in.